Stijlvol eerbetoon aan Willem Poelstra

De schaatsmarathon van Haarlem begint zoals die van Amsterdam vorige week stopte. Doodse stilte, in een decor waar het niet stil hoort te zijn. Het besef is nog steeds nauwelijks doorgedrongen: Willem Poelstra is dood, gestorven op het ijs in Amsterdam. In Haarlem bewijst het marathonpeloton de Fries de eer die hem toekomt.

De minuut stilte hangt zwaar in de lucht. Voelt veel langer. De zussen van Willem Poelstra zijn ook op de baan in Haarlem en beleven het eerbetoon van het peloton mee. Twee loze ronden rijden de A-rijders. Voor Willem. Zwarte rouwband om de linkerbovenarm, strakke gezichten. De gedachten zijn bij Willem Poelstra. Het contrast is groot.
De veelkleurige schaatspakken lijken een contradictie te vormen met de verdrietige stemming op de baan. En toch klopt het; op de één of andere manier is de stille omgang op de schaats een manier van rouwverwerking. Alleen het geluid van de klapschaatsen is te horen. Vooraan de groep rijden in het blauw de schaatsers van Thyssen, de ploeg waar Willem Poelstra dit seizoen deel van uitmaakte. Fausto de Marreiros voorop. Daarachter in het geel de jongens van Cantenaar, tot deze zomer de ploeggenoten van Willem Poelstra. Tussen de blauwe en de gele pakken rijdt Bram Sikma. De jonge man uit Scharsterbrug deelde zijn jeugd- en schaatsherinneringen met Willem Poelstra. Samen stonden ze als kereltjes van twaalf op de ijsbaan, samen trainden ze urenlang op de fiets. Toen Willem Poelstra afgelopen zomer in Frankrijk ging trainen, was dat niet met zijn nieuwe ploeggenoten, maar met Bram Sikma, zijn grote vriend.
Sikma was van plan de wedstrijd in Haarlem gewoon te rijden. Of in ieder geval zo gewoon mogelijk. Vlak voor de start besluit hij samen met de jongens van de Thyssen-ploeg na de stille ronden van het ijs te stappen. Zijn hoofd staat niet naar schaatsen; hij wil bij de zussen van Willem Poelstra zijn. Om het verdriet te delen. De bel klinkt en maakt een einde aan de twee loze ronden voor Wîllem Poelstra. De wedstrijd kan beginnen, maar begint niet. De sfeer verandert maar heel langzaam in een klimaat waarin de triviale emoties van een sportwedstrijd passen. In een ijzige stilte blijven de schaatsers hun rondjes rijden. Niemand versnelt, niemand praat. Ronden lang.

En dan is het ineens begonnen. Het is niet alleen een wedstrijd geworden, het is zelfs een bijzonder leuke wedstrijd geworden. Een schaatsmarathon met alles erop en eraan: met vluchters, achtervolgers, valpartijen, tempoversnellingen en tussensprints. Bij de tussentijdse premiesprints wordt gereden dat de vonken eraf vliegen. Toch zal niemand er een cent wijzer van worden. En masse hebben de rijders besloten het hele pakket aan prijzengeld van deze wedstrijd te schenken aan de Nederlandse Hartstichting. Een mooi gebaar. Zoals het hele eerbetoon stijlvol is - de minuut stilte, de zwarte rouwbanden, de loze ronden. Het stijlvolle eerbetoon zou compleet zijn als de KNSB besluit na dit schaatsseizoen het nummer van Willem Poelstra niet meer uit te geven. Zodat nummer 79 voor altijd verbonden blijft aan de naam Willem Poelstra.

Het contrast tussen het stemmige begin van de avond en de wedstrijd is groot. Er ontstaat een sterke groep van tweeëntwintig rijders die een ronde voorsprong neemt. En een tijdje later een kwintet dat die truc herhaalt. Als de balans wordt opgemaakt zijn er vier rijders met twee ronden voorsprong. Koen Lankhaar, René Ruitenberg, Frans de Ronde, Arnold Stam. Natuurlijk probeert de anti-sprinter Stam het met een vroege ontsnapping. Ruitenberg pareert. Dat is het moment voor Koen Lankhaar om iedereen te verrassen en met tientallen meters voorsprong wint hij voor het eerst in zijn loopbaan een A-marathon. Ruitenberg moet genoegen nemen met de tweede plaats, met als pleister op de wonde het oranje pak van de klassementsleider.
Koen Lankhaar is blij, maar nog altijd onder de indruk van het lot dat Poelstra trof. 'Het was heel emotioneel vandaag. Iedereen had nog tranen in de ogen'.

Zwolse Courant (Rob van der Heiden; 25-10-99)


www.MARATHONSCHAATSEN.nl