Marathonschaatsers raken hun sponsor kwijt (Geldschieters hollen weg na twee jaar zonder natuurijs)
Op zoek naar nieuwe geldschieters en contracten
werd deze week druk geadverteerd door de marathonschaatsers.
Elfstedenwinnaar Henk Angenent plaatste zelfs een oproep met foto
in het vakblad Adformatie. Jan-Maarten Heideman solliciteerde
zaterdag op de best denkbare manier: hij won de marathon in
Assen.
Twee topploegen dreigen na dit seizoen van het toneel te
verdwijnen als niet snel nieuwe sponsors worden gevonden.
Klerk's, de ploeg van Heideman, Piet Kleine, Lammert Huitema en
Haico Bouma, houdt het na dertien jaar voor gezien. Ook Netwerk
VSP, met Angenent, Peter Baars en Jeroen de Vries in de
gelederen, trekt zich na vijf jaar terug.
In een winter waarin tot nu toe alleen op een sintelbaan in
Veenoord op 'natuurijs' kon worden geschaatst, blijkt de
interesse voor het marathonschaatsen snel tanende. Zelfs de
vergevorderde professionalisering van de sport heeft die beruchte
golfbeweging niet helemaal kunnen keren. 'Het is minder heftig,
maar als we nog twee jaar zonder natuurijs zitten, dan moet je
eens kijken hoe hard de sponsors weghollen', zegt de manager van
Netwerk, Henk Heetebrij.
Volgens Heetebrij was zijn werkgever zelfs met een Elfstedentocht
niet meer op andere gedachten te brengen. 'Zelfs niet als Henk
Angenent 'm weer zou winnen. De naamsbekendheid is inmiddels wel
gevestigd, maar het publiek weet na vijf jaar nog steeds niet wat
Netwerk nou precies is.' Bovendien wordt het bedrijf overgenomen
door KPN telecom, hoofdsponsor van de eredivisie. 'En die heeft
geen interesse in het sponsoren van een marathonploeg.'
Voor Klerk's, jarenlang toonaangevend in het marathonpeloton,
heeft een jaar met of zonder tocht der tochten wel degelijk zijn
invloed op de verlenging van de contracten. De sponsor speelde al
veel langer met de gedachte zich terug te trekken, maar door de
Elfstedentocht in 1997 werd die beslissing nog even uitgesteld.
Het vinden van nieuwe geldschieters is juist om die reden niet
eenvoudig. Dit is alweer het tweede seizoen dat de rijders
verstoken blijven van de tot de verbeelding sprekende tochten op
natuurijs. En hoewel de competitie op de diverse kunstijsbanen de
laatste jaren op steeds meer belangstelling kan rekenen, met name
van de televisie, zal de KNSB-cup nooit als volwaardige vervanger
van de klassiekers worden beschouwd.
Frans Overdevest, ploegleider van Klerk's: 'Bovendien praten we
niet meer over kleine vergoedingen. Vroeger kon je de bakker of
de slager nog wel vragen om een ploegje te sponsoren, maar
tegenwoordig moet voor een topploeg al snel zo'n vier ton worden
ingebracht. De animo is er wel, maar de organisatie is veel
professioneler en daar hangt een prijskaartje aan.'
Professionele organisaties met schaatsgekke directeuren zijn
echter schaars en de tijd dringt. Vooral voor de schaatsers. Al
heel vroeg werd dit seizoen daarom de transfermarkt geopend en
vooral de schaatsers van Klerk's solliciteerden driftig bij
andere ploegen. Huitema heeft al een serieuze aanbieding op zak
(ENW), Piet Kleine (47) overweegt het vertrek van de sponsor als
een mooie afsluiting van zijn dertienjarige marathoncarrière te
beschouwen en Jan-Maarten Heideman, die zaterdag met zijn
overwinning naar de derde plaats van het klassement steeg, vindt
zijn zege een nuttige advertentie. 'Met deze overwinning kan ik
misschien toch weer een vet contract binnenhalen.'
Angenent, die vijfhouderd meter voor het einde de sprint aantrok
en derde werd, nam de koppositie over van Ruitenberg. Hij staat,
met nog vijf wedstrijden te gaan, ruim voor op nummer twee Rob
van Meggelen. Zorgen over een nieuwe sponsor maakt de
spruitjeskweker zich daarom niet. 'We willen als ploeg het liefst
bij elkaar blijven, maar ik snap best dat die jongens niet al te
lang meer kunnen wachten. Er wordt van alle kanten aan ze
getrokken. Voor mij is het een ander verhaal. Als een sponsor
voor zekerheid wil kiezen, dan kiest hij voor mij. Ik heb erg
goede contacten, dus ik kan volgend jaar makkelijk in mijn uppie
rijden. Dat zou in het uiterste geval het scenario kunnen zijn.'
Bron: De Volkskrant (25-01-99)