Wedstrijdverslag; 02-01-99; Deventer (Uitslag: Heren A en Dames)
Ruud Borst en Petra de Boer nieuwe Nederlandse Kampioenen op kunstijs
Borst sterkste van de stoere kerels
Ruud Borst is graag één met de natuur. Zaterdag
behaalde hij de nationale marathontitel, op kunstijs, dat wel.
Waar zijn auto en de draadloze verbinding met ploegleider Marten
Hoekstra het beide onderweg lieten afweten, bleef de techniek van
de marathonschaatser uit Leiderdorp intact. Hij was de sterkste
der stoere kerels.
Borst profiteerde in Deventer van het harde werken van Henk
Angenent, die hij in de laatste twintig van de 150 ronden
steevast op centimeters afstand volgde. Ook in de laatste meters
van de wedstrijd was het verschil tussen het tweetal uiterst
gering, uiteindelijk in het voordeel van Borst, die vier meter
voor de eindstreep de vuisten balde. Het duel tussen de
Zuid-Hollanders, respectievelijk kwekers van bloemen en
spruitjes, was beslecht. ,,Ik voelde dat ik 'm had'', zei de
winnaar.
Het was een boeiend slot van een boeiende wedstrijd, waarin vanaf
de eerste slagen volop strijd werd geleverd. Al snel ontstond een
kopgroep van vijf man, Borsts ploeggenoot Arnold Stam was de man
van het eerste uur. De Brabander kreeg René Ruitenberg, Van
Benthem, Bouma en Sikma mee. Het gezelschap nam een ronde
voorsprong op het peloton. Het voorbeeld werd later gevolgd door
nog dertien rijders. Van de favorieten ontbraken alleen Heideman
en De Vries vooraan.
Het achttiental dunde op tweederde van de wedstrijd uit tot
twaalf. Na mislukte ontsnappingspogingen van Baars en Angenent,
probeerde de winnaar van de laatste Elfstedentocht het in de
slotfase nog eens. Alleen Borst kon die demarrage volgen.
Angenent, die de voorafgaande week ziek was geweest, miste op het
laatste rechte eind de explosiviteit om zijn metgezel te kunnen
pareren. ,,Maar ik ben tevreden met deze tweede plaats'', zei
Angenent. ,,In het begin van deze wedstrijd zat ik helemaal op
een hoop.''
Het herstel was wonderbaarlijk, maar de echte beloning ontbrak.
Borst had evenmin een topdag. De benen voelden zwaar, een plekje
achterin het peloton was geheel tegen zijn gewoonte. Toch was de
overwinning op de ijsbaan De Scheg een logisch vervolg van de
afgelopen maanden, waarin hij goed presteerde.
Na een verloren seizoen, waarin Borst geen enkele overwinning
behaalde, kwam het verlangde herstel. In de marathonzesdaagse
werd hij pas op de laatste dag verslagen, in een eendaagse koers
in Deventer hoefde hij niet langer te vrezen. Het rood-wit-blauw
stond de 2,01 meter lange schaatser sowieso beter dan het
spruitjespak, waarom bij de Greenery Six werd gestreden.
De lengte van Borst is vaak een nadeel voor de marathonschaatser.
,,Ik rijd altijd in de wind'', zei de Leiderdorper die niettemin
op het natuurijs zijn mooiste overwinningen behaalde. De
Oldambtrit en de marathon op de Weissensee in Oostenrijk, staan
bovenaan zijn lijstje favorieten. ,,Dit is de mooiste op
kunstijs'', vond hij zaterdag.
Bron: ANP (02-01-99)
Petra de Boer huilt op de schaats, niet op de fiets
Bij vier wielrentitels hield Petra de
Boer-Grimbergen de ogen droog. Zaterdag, na haar eerste winst bij
het Nederlands kampioenschap marathon schaatsen, was ze wel
emotioneel. ,,Ik moest opeens janken, wist niet wat me
overkwam'', aldus de Amsterdamse, die door haar eigen fiets- en
schaatszaak wordt gesponsord.
De Boer ontsnapte in Deventer drie ronden voor het einde uit de
vluchtgroep van negentien rijdsters. Marianne Smit probeerde even
aan te klampen, maar de initiatiefneemster keek niet meer om en
sloeg een beslissend gat. Bij het ingaan van de laatste ronde,
koos ze voor een slimme taktiek. ,,De bel werd voor mij geluid,
ik heb toen de seconden geteld dat er weer werd gebeld. Toen wist
ik dat het goed zat.''
De titel was haar vijfde nationale, haar eerste op schaatsen. In
1990 won De Boer, toen nog onder haar meisjesnaam Grimbergen, de
NK sprint op de wielerbaan. Een jaar later hoorde ze twee keer
het Wilhelmus voor zichzelf spelen, op de weg en bij de NK
puntenkoers. In 1993 was ze de snelste tijdrijdster van
Nederland. ,,Die titel op de weg was de mooiste. Daar stond ik op
het podium met olympisch kampioene Monique Knol en
wereldkampioene Leontien van Moorsel.''
Maar de winst van zaterdag in Deventer was haar het meest
dierbaar. Misschien vanwege de voorgeschiedenis. De Boer staat
zes dagen per week in de zaak, randje Jordaan. ,,Dan heb ik soms
's avonds echt geen zin meer om te trainen. En op zaterdagavond
ben ik ook vaak moe.''
Daarom is het seizoen in de wedstrijden om de Unox Cup nog geen
succes. ,,Een nieuw jaar, nieuwe kansen'', zei de Amsterdamse op
2 januari 1999. Een stevige buikgriep rond de jaarwisseling deed
haar optimisme keren. ,,Daarom ben ik zo blij dat het nu wel is
gelukt. Misschien telt de titel op de weg nationaal gezien het
meest voor, maar bij deze overwinning heb ik voor het eerst de
tranen gevoeld.''
Bron: ANP (02-01-99)