OPMERKELIJK

Marathonschaatsen is veel professioneler geworden

Jan Maarten Heideman is na zijn zege bij de marathon van Alkmaar nog slechts één overwinning verwijderd van het record van Richard van Kempen. Met 47 overwinningen voert Van Kempen (38) al ruim tien jaar de ranglijst aan van de meeste zeges op kunstijs.

`Het is mooi geweest', zegt Richard van Kempen. Het recordaantal marathonoverwinningen op kunstijs dat hij al sinds 28 november 1992 bezit, staat op het punt om gebroken te worden. En dat wordt wel eens tijd, vindt de 38-jarige ploegleider van Nuon. Want, zo zegt hij zelf: `Records zijn er om gebroken te worden en Jan Maarten Heideman is een waardige opvolger.' Dat had Van Kempen eigenlijk al meteen in de smiezen. Bij zijn eigen afscheid reed Heideman zijn allereerste marathonwedstrijd, waarin de nieuwe recordhouder zich direct aandiende. `Je zag dat hij de potentie had om een grote te worden. Bij Roel van Hest zie ik dat nu ook. Zo komt er altijd weer een opvolger bovendrijven.'

Als het aan Van Kempen had gelegen was Heideman dit weekeinde al in Alkmaar gehuldigd. Op de plek waar hij zelf in 1985 zijn eerste overwinning vierde, had hij zijn record met liefde afgestaan. Maar Heideman, die zaterdag weliswaar won, verknoeide dat feestje vorige week in Assen omdat hij tegelijkertijd in een hevig gevecht om de KNSB Cup verwikkeld is met de Fransman Michaud.

Van Kempen herkent die tweestrijd. Zelf ging het eind jaren tachtig in de eindsprints altijd tussen hem en Yep Kramer. De marathonwedstrijden waren destijds voorspelbare onderonsjes. De Volkskrant sprak over `afgekloven sprintduels', en kopte aan de vooravond van het seizoen 1989-1990: `Weer saai marathonseizoen in het verschiet'.

Populair maakten Van Kempen en Kramer zich er niet mee bij het publiek. Van Kempen: `Het was ook elk jaar hetzelfde. We stonden met zijn tweeën ver boven de rest. Natuurlijk deed die kritiek je wel iets, maar de situatie was er niet naar om het anders te doen.

`Ik kon in die tijd niet zo aanvallend rijden als Michaud dat nu doet. Als ik dat deed dan kon ik de wedstrijd wel op mijn buik schrijven. Ik moest altijd een beetjesneaky met een groepje mee. Als ik in de kopgroep zat deed ik wel mijn werk, maar ik kon geen ronden lang tempo beulen.'

Er zijn meer verschillen tussen de recordhouder en zijn potentiële opvolger. Waar Heideman zich met zijn gemoedelijke karakter alom geliefd maakt in het peloton, stond Van Kempen vooral bekend om zijn eigenzinnigheid. `Ik was absoluut geen gezellige ploegjongen. Ik was verschrikkelijk eigengereid. Alleen mijn belang stond voorop, niet dat van die andere jongens.

`In de meeste ploegen hield ik het maar twee jaar uit. Dan werd óf de ploeg opgedoekt óf ik ging weg. Pas toen ik bij Klerks kwam werd ik iets rustiger. Ploegleider Frans Overdevest was iemand die de boel aardig bij elkaar hield, die kon daar wel mee omgaan. Maar met Arnold Stam, Yep Kramer, Peter de Vries, Piet Kleine had je vijf kapiteins op een schip, dus dat kon niet goed gaan. Want ik vond dat het altijd wel om mij moest draaien.

`Die ervaring heb ik mooi mee kunnen nemen naar mijn eigen ploeg Nuon, want als ploegleider kon ik die jongen dus precies vertellen hoe het niet moest.'

Ook zijn baan als ploegleider zegt Van Kempen echter alweer vaarwel. Sponsor Nuon trekt zich (net als overigens TVM en Thyssen) na dit seizoen terug en hij zal zich als manager de komende tijd over een nieuwe ploeg met een nieuwe geldschieter buigen. Volgens Van Kempen is er nog voldoende interesse voor het marathonschaatsen.

`Ik ben ervan overtuigd dat er straks weer drie nieuwe ploegen staan, hoewel er niet zoals een paar jaar geleden direct een grote zak met geld naast zal staan. De meeste schaatsers zullen er ongeveer 25 procent in salaris op achteruit gaan. Maar de belangstelling voor het marathonschaatsen blijft onverminderd groot.'

Dat was al in zijn tijd, toen Van Kempen eveneens als een goedbetaalde schaatser in de rondte reed. Toch heeft hij er altijd het rietdekkersbedrijf naast gedaan. Dat noopte hem uiteindelijk om al op 32-jarige leeftijd met het schaatsen te stoppen. `Ik had zoveel rugproblemen overgehouden aan een val met de mountainbike dat ik om de dag bij de fysio zat. Ik kon anders het dak niet meer op.'

Inmiddels zijn de meeste schaatsers fullprof. De sport is verhard, zegt Van Kempen. Cadeautjes worden niet meer uitgedeeld. `In mijn tijd was ik een van de weinigen die de sport al heel professioneel benaderden. Dat gaf me een voorsprong.

`Destijds bestond er nog een stilzwijgende afspraak dat je niet tegen jongens ging rijden die bij je in het gewest trainden. Als het nodig was hielp je elkaar. Dat is nu wel anders. Ik moet tijdens de wedstrijd niet zien dat ze nu voor elkaar wat werk gaan doen als ze niet in dezelfde ploeg zitten.

`Dat gaat er nu ook niet meer in. Daarvoor zijn de belangen veel te groot. Wij werken in een team van verzorgers en alles erbij met in totaal zestien mensen. De ploeg heeft de beschikking over een jaarbudget tussen de 300.000 en 350.000 euro. Dat weten die jongens ook.'

Onder die omstandigheden, geeft Van Kempen toe, is een record van 47 wedstrijden minder gemakkelijk te behalen dan tien jaar geleden. `Destijds was ik eigenlijk de enige die de sport professioneel benaderde. Nu doen ze dat bijna allemaal.'

Volkskrant (Tynke Landsmeer), 21-01-03


www.MARATHONSCHAATSEN.nl